Inderdaad: op 1 januari 2013 is er een provisieverbod ingegaan voor de financiële dienstverlening. Provisie is van oudsher de manier waarop tussenpersonen betaald werden voor hun werk. Ze adviseerden hun klanten bepaalde producten, en voor het afsluiten van die producten kregen ze dan een provisie uitbetaald door de bank of verzekeraar. Zo merkte de klant er eigenlijk niets van dat het werk van de tussenpersoon ook betaald moest worden. De kosten waren onzichtbaar verwerkt in de premie van de verzekering, of de kosten of rente van de lening.
Het werd alleen steeds duidelijker dat niet alle tussenpersonen het even nauw namen met het belang van de klant. Als Verzekeraar A voor een levensverzekering meer provisie betaalde dan Verzekeraar B, werden er meer verzekeringen bij A gesloten. Ook al was de polis van B veel gunstiger voor de klant. Daar wilden overheid en toezichthouders vanaf.
Vandaar nu een provisieverbod. De werkzaamheden van de tussenpersoon moeten betaald worden door de klant zelf - die krijgt een factuur. Wel zo duidelijk. Dit is echter niet van toepassing voor alle financiële producten. De producten waarvoor provisie wél verboden is zijn:
- hypotheken,
- levensverzekeringen,
- uitvaartpolissen,
- individuele arbeidsongeschiktheidsverzekeringen,
- betalingsbeschermers,
- overlijdensrisicoverzekeringen,
- bankspaarproducten en
- deelnemingen in een beleggingsfonds
Voor de zogenaamd 'eenvoudige' schadeverzekeringen geldt het provisieverbod niet. Jouw tussenpersoon kan dus nog wél provisie krijgen over jouw autoverzekering, inboedelverzekering, aansprakelijkheidsverzekering en rechtsbijstandverzekering.
Vraag beantwoord in januari 2013.